maandag 31 augustus 2015

Het is etenstijd

Tijdens mijn adviesgesprek bestond mijn geplande behandeling uit twee delen. Ik zou de depressiegroep voor jongvolwassenen gaan volgen en ik zou individueel aangemeld worden op de eetstoornisafdeling. Het eerste deel is opgestart, ik ga wekelijks naar de groep. Het tweede laat nog even op zich wachten. De afdeling eetstoornissen moet me uitnodigingen voor een intakegesprek (nóg een, ja). Een maand na het adviesgesprek lijkt daar nog niet echt schot in te zitten. Maar mijn eetstoornis trekt zich niks aan van wachtlijsten, die treitert gewoon verder. Dus besluit Vincent tijdens een van onze individuele gesprekken het onderwerp eten eens aan te snijden.

Dat doet hij aarzelend. 'Ik heb de afgelopen jaren een paar keer een cliënt met een eetstoornis gehad, en ik heb er maar heel weinig echt blijvend kunnen helpen. Eetstoornissen zijn niet mijn expertise. Maar misschien kunnen we samen een begin maken tot je bij de afdeling eetstoornissen terecht kunt. Vertel me eens hoe je eetpatroon er uitziet.'

zaterdag 29 augustus 2015

Badmintontherapie

Tijdens mijn eerste groepsavond viel er één therapieonderdeel uit. Dat was psychomotore therapie, beter bekend onder de afkorting PMT. Die avond probeerden mijn groepsgenoten me zo goed mogelijk uit te leggen wat het is. 'Het is een soort gym. En kijken hoe je in de groep bent. En met je lichaam bezig zijn. En daar dan over praten.' Daar kwam ik niet zo heel ver mee, dus ik besloot het maar gewoon op me af te laten komen.

Bij het betreden van de PMT-ruimte krijg ik gigantische flashbacks naar de middelbare school. Het is namelijk een gymzaal, met touwen aan het plafond, lijnen op de vloer en zo'n typische gymzaalgeur. We moeten ook onze schoenen uittrekken. Op kousenvoetjes gaan we in een kring op de vloer zitten. Van tevoren heeft de therapeute, Fran, me ingeseind dat ik maar gewoon mee moet doen wat ik kan of wil en dat niks verplicht is. Nu wrijft ze in haar handen. 'Heeft er iemand een thema waar hij iets mee wil doen vanavond of zal ik iets bedenken?'

woensdag 26 augustus 2015

'Is dat een logische gedachte?'

'Wat is jouw grootste probleem, Sofie?' Een dag na mijn eerste groepssessie zit ik, nog doodmoe, alweer op de stoel van Vincent. Hij is de psychotherapeut van de groep en mijn behandelaar. Voorlopig heb ik elke week een gesprek met hem, omdat ik nog aan de groepstherapie wen. Over een tijdje wordt dat één keer per maand. In deze gesprekken gaat hij me onder andere helpen als ik tegen problemen met de therapievorm aanloop.

Maar ik ben nog maar net begonnen, ik heb weinig problemen en ik ken Vincent nog niet zo goed. Dus nu gaan we even "aan elkaar snuffelen", zoals hij het uitdrukt, en praten over waarom ik hier precies bent.

maandag 24 augustus 2015

Welkom bij groepstherapie!

Sinds mijn dertiende heb ik al een paar therapeuten versleten en daar heb ik geleerd dat ik goed ben in groepstherapie. In groepen stel ik me makkelijker open, omdat er herkenning is. Ik kan er anderen helpen en dat vind ik fijn, en misschien leren zij ook nog wat van mij. Verder heb ik minder de neiging om mijn problemen weg te smoezen, waar ik normaal erg goed in ben. Dus bij mijn intake zei ik ongeveer duizend keer dat ik een groep wilde en gelukkig waren ze niet doof. Vanaf nu zit ik één avond per week in een jongvolwassenengroep. Op donderdag, de eerste keer, neem ik de bus naar een uithoek van de stad en schuifel nerveus het lege gebouwtje binnen. Overdag zou het hier zoemen van groepen en therapeuten en individuele cliënten, maar vanavond zijn wij de enige.

zaterdag 22 augustus 2015

Diagnosetijd

Ik heb het altijd vreemd gevonden om mijn naam op officieel papierwerk te zien staan. Op mijn middelbareschooldiploma bijvoorbeeld, of op mijn propedeuse. Is dit van mij? Dit belangrijk ogende papier met tekst, watermerken, handtekeningen, heeft het iets mer mij te maken? Maar nooit eerder had ik dit gevoel sterker dan toen ik de uitgeschreven versie van mijn adviesgesprek onder ogen kreeg.

woensdag 19 augustus 2015

Intake: een interview over jezelf

Een intake bij de GGZ blijft vreemd, want het is zo ongeveer de enige gelegenheid ter wereld waar je een uur lang onbegrensd mag praten over hoe kut het allemaal is, zonder dat iemand een keer zegt dat je niet zo negatief moet doen. Dus ik zat tegenover twee onbekenden die me het hemd van het lijf vroegen over mij, mijn leven en mijn emoties.

Gelukkig voelde ik me rot. Je kunt je eigen problemen niet bagatelliseren en aan de kant kletsen (daar ben ik erg goed in) als je houding en gezicht uitstralen dat je een dood diertje bent. Dus ik legde uit hoe ik me voel, vatte samen hoe mijn eetpatroon eruit ziet, beschreef tegen welke problemen ik in mijn dagelijks leven aanloop en formuleerde mijn behandeldoel ('Ik wil kunnen eten als ik honger heb, stoppen als ik vol zit en niet overgeven. Ik wil weten wat gezond eten is en naar mijn lijf kunnen luisteren. En ik wil in godsnaam niet de hele tijd zo down zijn en eens een keer niet meer dood willen!').

maandag 17 augustus 2015

Help me nou!

Twee maanden lang heb ik met groot succes voor struisvogel gespeeld. Ik ben toch doorverwezen nu? Ik ga toch hulp krijgen? Wanneer, dat is de vraag. Ik bel ze bijna elke week, soms zelfs meerdere keren, soms zelfs huilend, soms wat boos. En elke keer krijg ik te horen dat ze niet kunnen zeggen hoe lang het nog gaat duren en dat zij dat heus ook heel vervelend vinden. Maar ik ga hulp krijgen! En tot die tijd werk ik wel door! Ik zet mijn schouders eronder, ik kan dit, ik werk hard, het gaat wel! Maar het gaat niet.

Dus na wat vriendelijke doch dringende aansporing van mijn beste vriendin bel ik mijn huisarts nog een keer en maak een afspraak. In de behandelkamer gooi ik mijn zorgvuldig bij elkaar gezochte woorden op haar bureau. Samengevat: ik heb nu (NU!!!) hulp nodig.

vrijdag 14 augustus 2015

Lichaamstaal

Een tijdje geleden was ik bij een kunstevenement. Het was totaaltheater: het publiek zat verspreid door de zaal en degenen die optraden ook. Zij wisten wanneer het hun tijd was, stonden op, deden waarvoor ze gekomen waren en zochten hun stoel weer op. Je zat naast het drumstel, de dichter zat twee rijen verderop en vlak voor je schraapte één van de koorleden haar keel. Na een aantal optredens was degene die opstond een danseres.

Ik heb altijd veel bewondering voor dansers en danseressen en ben al jaren een trouw kijker van 'So you think you can dance'. Deels omdat ik zelf absoluut niet kan dansen (al houdt dat me niet tegen tijdens het uitgaan, ik zet mezelf graag voor schut). Maar dat is niet de enige reden waarom ik graag dansers zie. Ik ben jaloers op de manier waarop ze met hun lichaam omgaan.

woensdag 12 augustus 2015

Het spel van wachten en bellen

Wie denkt dat het instanties ook maar één reet interesseert dat jij aan je problemen wilt werken, is duidelijk nog nooit in therapie geweest. Ik wist dit al. Ooit zat ik snotterend en suïcidaal bij mijn toenmalige SLB'er om aan te geven dat ik nú hulp nodig had. Drie maanden later zat ik bij de studentenpsycholoog, die besloot me door te verwijzen naar de GGZ in mijn toenmalige stad. Vervolgens had ik nog eens vier maanden later mijn intake daar, wachtte ik een maand op mijn adviesgesprek en had uiteindelijk in september 2013 voor het eerst therapie. Elf maanden nadat ik aan de bel had getrokken.

Dit keer blijkt het niet anders.

maandag 10 augustus 2015

Google Translate in je hoofd

Heb je weleens geprobeerd een stuk tekst goed te vertalen met Google Translate? Als je het dan weer terugvertaalt naar de oorspronkelijke taal, is er van alles veranderd. Soms is dat heel grappig. Op Youtube vind je filmpjes waarin mensen de tekst van liedjes meerdere keren door Translate hebben gehaald en het dan, met de aangepaste tekst, vol passie zingen. Huilend van de lach heb ik dat zitten bekijken, het is fantastisch. Zoek vooral de versie van Miley Cyrus' "Wrecking ball" eens op. Of het klassieke Mulannummer "I'll make a man out of you". Hilarisch, ik zweer het je.


Minder grappig wordt het als de Google Translate in je eigen hoofd zit.

zaterdag 8 augustus 2015

Doktersdagen

Naar mensen kijken is het leukste dat er is. In de wachtkamer van de dokter bijvoorbeeld. Waarom zijn ze hier? Een hardnekkig hoestje? Platjes? Ik beeld me graag in dat ik mensenkennis heb maar eigenlijk is het gewoon een grote fantasie. Dat maakt dit een leuk spel. Maar vandaag speel ik het niet. Ik zit te diep in mijn eigen hoofd.

Het afgelopen jaar ben ik bij een algemene GGZ onder behandeling geweest voor mijn stemmingsklachten. Op sommige dagen zou je het niet zeggen, maar dat gaat écht een stuk beter. Dus werd het tijd voor de volgende hobbel: de eetproblemen. Ik wil me aanmelden bij een gespecialiseerde eetstoornisinstelling. En dat betekent een nieuw bezoekje aan mijn huisarts. Want zonder een briefje van je eigen dokter kom je tegenwoordig nergens meer.


dinsdag 4 augustus 2015

Kennismaken

Bijna iedere groep heeft wel een meisje zoals ik. Jullie kennen me. Niet zo lang, een beetje dik, donker haar en een twijfelachtige kledingsmaak (veel vestjes). Maar wel aardig. Ik ben heel aardig en lief. Dat is wat ik altijd terug hoor in feedbackrondes. 'Sofie, je bent zo lief en behulpzaam, je kunt goed luisteren!' Dat dit is omdat ik andermans problemen altijd relevanter vind dan die van mijzelf, verzwijg ik netjes.

Ik hou ook gewoon van praten, zolang de onderwerpen me niet te dicht op de huid zitten. Ik ben het meisje bij wie je aan tafel gaat zitten als je zin hebt in een goed gesprek. Ik ben altijd in voor een praatje. Ik geef vrienden en vriendinnen advies over hun school-, werk-, familie- en relatieproblemen. Op hun vraag hoe het dan met mij gaat, antwoord ik automatisch: 'Goed hoor!' Als ik zo depressief ben dat ik nauwelijks nog op mijn benen kan staan, vul ik dit aan met 'Wel een beetje druk!' en een schaapachtige lach. Om het gesprek vervolgens weer snel naar die ander te leiden. Laten we het in godsnaam niet over mij hebben.