donderdag 10 september 2015

Een kleine dood

Al zolang als ik me kan herinneren, wil ik dood. Mijn eerste zelfmoordpoging deed ik toen ik twaalf was. Ik was te naïef om het goed te doen: mama zei altijd dat je niet meer dan twee Ibuprofennetjes mocht nemen, dus als ik een hele strip slikte, ging ik vast dood! Dat gebeurde natuurlijk niet. Ik was een hele dag kotsmisselijk, maakte mijn moeder wijs dat het een opkomend griepje was en bleef opgerold in bed.

Nu moet ik er een beetje om lachen, maar het is een wrange lach. Want een meisje van twaalf dat liever dood wil zijn, daar is helemaal niets grappigs aan. En een meisje van tweeëntwintig dat nog steeds hetzelfde wil, evenmin.

Waarschuwing: dit bericht kan als triggerend ervaren worden door mensen met zelfmoordgedachten. Stay safe!
Toch is het zo, en het is er al zolang ik me kan herinneren. Zelfs toen ik een jaar of acht was, vond ik het leven al zo'n zwaar gedoe dat ik me er het liefst voor wilde verstoppen. Door de jaren heen nam dat "verstoppen" een wat permanentere vorm aan. Ik was tien of elf toen ik in een tijdschrift zijdelings iets las over suïcidale gevoelens en moest huilen van opluchting. Er waren meer mensen die zich zo voelden. Ik was niet de enige. Dat maakte het niet minder zwaar, maar wel minder eenzaam.

Na die eerste zelfmoordpoging op mijn twaalfde draaide de wereld vanzelf verder, zelfs al had ik een poging gedaan om ervan af te stappen. In de tien jaar die daarop volgden, kwamen er nog drie nieuwe pogingen bij. Ze waren "beter", voor zover je bij zoiets in gradaties van goed kunt spreken. Ik was minder naïef, beter geïnformeerd en het is een combinatie van omstandigheden en mazzel dat ik hier nog ongeschonden rondloop.

Vincent vroeg me ooit of ik suïcidaal was. Nee, zei ik, maar ik wil wel dood. Dat snapte hij niet, maar voor mij is het ontzettend duidelijk. Mijn doodswens is altijd aanwezig, sluimerend in mijn brein. Soms slaapt ze. Dan rekt ze zich geeuwend uit en begint rond te lopen en op bellen te slaan om te laten merken dat ze er nog is en dat ze nog altijd kan schreeuwen. De neigingen worden sterker en sterker, de plannen concreter en beter. Dat is het moment dat ik een poging doe. Die mislukt.

Een tijdje ben ik neergehoekt door mijn mislukte poging en neem ik het mezelf vreselijk kwalijk. Monster dat ik ben, waarom krijg ik zelfs dit niet voor elkaar? Doodgaan is makkelijk, mensen doen het iedere dag. Waarom kan ik dit niet? Ik ben de ultieme mislukking. Dat soort gedachten rollen dan door mijn hoofd, met kleine ijzeren stekeltjes om me extra pijn te doen. Dan krabbel ik weer omhoog, stukje bij beetje. De doodswens is weer even gaan slapen, woelt af en toe op en neer om te laten voelen dat ze er nog is maar blijft sluimeren. Tot het feestje weer opnieuw begint.

Op dit moment zit ik weer in de duizelingwekkende val naar beneden. De gedachten worden heftiger, concreter en beangstigender. Ik weet dat dit iets iets dat ik bij therapie aan moet gaan kaarten, en dat ga ik ook doen. Ik heb alleen de woorden nog niet gevonden.

2 opmerkingen:

  1. Sommige beschrijvingen pijnlijk herkenbaar. Knap dat je er zo open over schrijft, ook al doe je dat anoniem, dat is toch niet makkelijk, dus heb ik toch veel bewondering voor.

    Ik weet niet of je mij dus hebt gevolgd deze week? Nou ja in ieder geval blijven we elkaar wel een beetje volgen denk!

    Veel sterkte en hoe bevalt het bloggen tot nu toe eigenlijk (mag je ook antwoorden op twitter ;)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dankjewel! Zeker heb ik jou gevolgd deze week, en ik vind het echt dapper van je dst jij deze themaweek hebt gedaan. Ik vond deze ene post al heel lastig om zelf te schrijven, en jij maakt openhartige én nuttige posts. Chapeau!

      Het bloggen bevalt heel goed tot nu toe, het is fijn om een uitlaatklep te hebben waar ik mezelf niet hoef te censureren. Op mijn gewone twitteraccount doe ik dat wel. Uit eigen beweging, maar makkelijk is het niet. Dus dan is dit heel fijn :)

      Verwijderen