dinsdag 29 december 2015

Een strop om half tien

Het is woensdagavond half zeven. De woonkamer is rustig. We hebben net een stevige portie bami naar binnen gelepeld, vergezeld van wat kroepoek en stukjes atjar pangang. Het eten hier is niet per se goed, maar de eenpansgerechten zijn eigenlijk altijd wel geslaagd. Een paar mensen zitten op hun kamer of zijn buiten de deur. Ik zit in de woonkamer met groepsgenoot Cindy, die nog met haar bami bezig is, en een ander meisje, Els, zit op de bank televisie te kijken. Er hangt een aangename stilte en de sfeer is redelijk tevreden.

Plotseling horen we vanuit de hal een hels kabaal. Iemand verheft haar stem, maar we kunnen niet horen wat er gezegd wordt. Een mannenstem bromt er wat doorheen. Dan de vrouw weer, schel en boos. Onze aanwezige verpleegkundige, Lisette, die op redelijke toon iets voor ons onverstaanbaars zegt. De man weer. En dan het geschreeuw van de vrouw.

Waarschuwing: kan triggerend zijn op het gebied van zelfmoordgedachten. Niet lezen als je daar gevoelig voor bent. Stay safe!

We kijken elkaar aan in de woonkamer, vol onbegrip, geen idee wat er gebeurt. Ik sta op van de tafel en loop door de keuken naar de gang. Daar blijf ik om een hoekje staan, onzichtbaar voor de mensen in de hal, maar ik kan wel alles horen. Nu kan ik verstaan wat ze allemaal zeggen. De vrouw is nog steeds op luide toon aan het praten. 'Dit kan toch niet zo? Ze heeft net afscheid van me zitten nemen!' Lisette: 'Dan lijkt het me goed dat u de crisisdienst belt, mevrouw.' De man: 'Die hebben we al eens gebeld. Meerdere keren. Dan komen ze, praten even met haar en gaan weer weg.' De vrouw: 'Wat moet er in godsnaam gebeuren voor jullie eens iets gaan doen? Er ligt bij ons thuis een strop voor vanavond half tien!'

Ik schuifel terug naar de woonkamer en licht Cindy en Els in. 'Er staan een man en een vrouw in de hal te vertellen dat iemand, ik denk hun dochter, vanavond zelfmoord gaat plegen.' Er valt een stilte, heel anders dan de stilte van hiervoor, terwijl we hier allemaal even over nadenken. 'Zouden het de ouders van Tara zijn?' vraagt Els zich dan hardop af. Tara is een nieuw meisje dat vanmiddag aangekomen is, nogal verward leek en op dit moment "gezellig" buiten aan het wandelen is. Cindy staat op. 'Nee wacht, ik weet hoe haar ouders eruit zien. Ik ga wel even in de hal kijken, dan doe ik wel alsof ik koffie kom halen. Dan weten we het ook meteen.'

Een paar minuutjes later komt Cindy de woonkamer weer in, een verdwaasd kijkende Tara met zich mee trekkend. 'Mijn ouders zijn het niet,' licht ze ons in, terwijl Cindy resoluut de keukendeur en de deur naar de gang dichtdoet, zodat het geschreeuw afzwakt tot een geroezemoes. 'We blijven maar gewoon even hier,' constateert ze en gaat op de bank zitten. Els krijgt een paniekaanval en Tara zit wezenloos voor zich uit te staren aan tafel. Ik ijsbeer als een soort tijger heen en weer door de woonkamer. 'Dit kan toch niet. Wij hebben hier last van. Dit gaat over ons. Kijk nou. Ik ga vragen wat er aan de hand is.' 'Sofie, dat mogen ze niet zeggen. Ga nou even zitten.' Ik doe alsof ik het niet hoor en blijf heen en weer lopen tot het weer stil geworden is.

'Ik ga vragen wat er was.' 'Sofie, dat mog...' 'Laat haar maar,' hoor ik nog net als ik de keuken uit bries. Lisette staat nog in de hal, het scheldende echtpaar is weg. 'Wat was er aan de hand? Of mogen jullie daar niks over zeggen vanwege het beroepsgeheim?' "Beroepsgeheim" is ook een term die ik niet meer kan horen tegenwoordig. Lisette schudt haar hoofd. 'Nee, dat mag ik best want dit ging niet over iemand van hier. Dit waren twee mensen die vonden dat hun dochter nu ter plekke opgenomen moest worden. En daar konden wij ze helaas niet à la minute bij helpen.'

En in dat moment, hoewel ik nog best overstuur ben, begrijp ik de vertrokken ouders ineens best goed. De psychiatrische zorg heet wel een "systeem", maar eigenlijk is het meer een gokspel. Soms heb je mazzel en dan word je snel geholpen, in andere momenten sta je zomaar een paar maanden op een wachtlijst. Ik sluit niet uit dat ik, als Vincent mijn doorverwijzing niet had geregeld, misschien nu niet zou zijn opgenomen. Terwijl ik het wel echt nodig heb. En als je kind je dan vlak voor de kerst vertelt dat ze er vanavond een eind aan gaat maken... Misschien zou ik ook wel een kliniek binnenvallen met mijn klacht.

De zorg moet echt beter. Hopelijk gaan we dat in 2016 meemaken.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten